Verjaringstermijnen
Verjaringstermijnen
Verjaring betekent dat een schuld niet meer betaald moet worden na een bepaalde termijn. Op deze pagina lees je meer informatie over de verjaringstermijnen inzake schadevergoeding in verkeerszaken. Deze vind je ook terug in de Wegverkeerswet, de Wegcode en de bijzondere wetgeving inzake verkeer.
Gewone verkeersinbreuken verjaren na een jaar. Bij andere inbreuken (zoals rijden zonder geldig rijbewijs, vluchtmisdrijf en rijden onder invloed) is de verjaringstermijn op drie jaar ingesteld.
Wanneer bij een verkeersongeval ook doden vallen, zal er sprake zijn van onopzettelijke doding. Het misdrijf van onopzettelijke doding is maar voltooid op het ogenblik van het overlijden van het slachtoffer, het is vanaf dat moment dat de verjaring begint te lopen.
- Een strafvordering verjaart vijf jaar na de feiten.
- Een burgerlijke vordering verjaart volgens de regels van het Burgerlijk Wetboek. Ze verjaart gewoonlijk na verloop van vijf jaar, maar kan wel worden gestuit of geschorst. Je leest er meer over hieronder.
Stuiting
Als een verjaring wordt gestuit, dan begint een nieuwe termijn van vijf jaar te lopen. De wettelijk voorziene termijn voor verjaring begint dus helemaal van nul af aan te lopen. Stuiting kan alleen gebeuren binnen de eerste termijn van vijf jaar.
Schorsing
Als een verjaring geschorst wordt, dan wordt de verjaring onderbroken, en zal die pas na verloop van tijd verder lopen voor de resterende termijn. Meer hierover lees je in de download 'De verjaringstermijnen in verkeerszaken' hieronder.